De opvattingen van Nederlanders over homo- en biseksualiteit zijn steeds positiever. Toch durft 1 op 5 scholieren niet uit de kast te komen. In 2006 was 53% van de Nederlanders positief over homo- en biseksualiteit, nu is dat gestegen tot 74%. De houding is in alle bevolkingsgroepen positiever, ook in groepen waar men van oudsher negatief over homo- en biseksualiteit denkt. In vergelijking met andere Europese landen denken de Nederlanders ook positiever over homoseksualiteit. Zo zou in Nederland slechts 2% zich voor een homoseksueel familielid schamen. Dit percentage ligt in andere landen, zoals Frankrijk (10%), Zwitserland (25%), Polen (30%) of Rusland (67%) aanzienlijk hoger.

Toch zijn er onderwerpen waar Nederlanders nog steeds relatief meer moeite mee hebben: twee zoenende mannen of vrouwen in de openbare ruimte worden nog altijd als meer aanstootgevend ervaren dan een man en een vrouw die zoenen. Deze percentages zijn wel gedaald in de afgelopen jaren. Dit alles blijkt uit de publicatie ‘Opvattingen over seksuele en genderdiversiteit in Nederland en Europa’ die vandaag op IDAHOT (International Day Against Homophobia and Transphobia) verschijnt.

Nederlanders positief over homoseksualiteit
De  houding van de Nederlandse bevolking tegenover homo- en biseksualiteit is steeds positiever. In 2006 was 53% positief, in 2017 is dat gestegen tot 74%. Het percentage dat negatief over homoseksualiteit dacht, daalde in dezelfde periode van 15% tot 6%. Men heeft weinig of geen moeite met het ‘homohuwelijk’, het recht om te leven zoals homoseksuele mannen en vrouwen zelf willen en een homoseksuele oriëntatie van een leerkracht.

29% Nederlanders neemt aanstoot aan…
Op andere punten worden negatievere opvattingen zichtbaar: 13% vindt dat homoseksuelen en heteroseksuelen géén gelijke rechten moeten hebben met betrekking tot adoptie, 29% neemt aanstoot aan twee zoenende mannen en 20% aan twee zoenende vrouwen (11% aan een zoenende man en vrouw). Ook zegt 21% meer moeite te hebben met twee mannen die hand in hand lopen dan met een man en vrouw die dat doen. De afgelopen tien jaar is de Nederlandse bevolking hierover wel steeds positiever gaan denken.

Adoptie en gelijke rechten
Ondanks het feit dat er over adoptie, zoenen of hand-in-hand lopende mannen negatiever wordt gedacht, zijn hier meer mensen positief dan negatief over. Zo staat tegenover de 13% die geen gelijke rechten voorstaat, 73% die gelijke rechten inzake adoptie wel steunen. Wel zie je dat men in Europa over het algemeen minder positief over gelijke rechten voor paren van gelijk geslacht voor adoptie denkt, dan over homoseksualiteit in het algemeen. In veel landen is minder dan de helft van de bevolking voor deze gelijke rechten.

Nederlanders positiever over homo- en biseksualiteitVerschillen tussen bevolkingsgroepen
Groepen in de samenleving die minstens twee keer zo negatief en minder positief denken over homo- en biseksualiteit zijn protestanten (PKN) (16%), leden van overige religies (30%) en mensen met een niet-westerse migratieachtergrond (17%). De verschillen tussen de bevolkingsgroepen zijn de afgelopen jaren wel kleiner geworden. Van oudsher relatief negatieve groepen, zoals mannen, ouderen, dorpsbewoners en stemmers op christelijke partijen zijn met grote stappen steeds positiever over homoseksualiteit gaan denken. De opvattingen in Nederland komen steeds dichter bij elkaar te liggen.

Scholieren positiever
Onder scholieren in het basis- en voortgezet onderwijs worden de opvattingen over homoseksualiteit ook steeds positiever. Slechts een klein deel (7% basis; 8% voortgezet) geeft aan dat LHB jongeren niet hun vrienden mogen zijn. VO leerlingen schatten ook de homovriendelijkheid van hun school in door aan te geven of het op school mogelijk is om eerlijk te vertellen dat je homo/lesbisch bent. Eén op de vijf (20%) geeft aan dat je dit tegen niemand kan zeggen, terwijl 52% aangeeft dat dat wel kan.

Inwoners IJsland meest positief
In IJsland hebben de bewoners gemiddeld genomen de meest positieve opvattingen over homoseksualiteit, Nederland staat op een tweede plaats. In IJsland, Nederland, Zweden en Noorwegen vindt meer dan 90% van de inwoners dat homoseksuele mannen en lesbische vrouwen hun leven moeten leiden zoals ze dat zelf willen. In Polen (60% eens), Estland (56% eens) en Rusland (16%) denkt men hier beduidend negatiever over.

Bron: Centraal en Cultureel PlanBureau & NOS
Fotografie: Pexels