Iedere dag een wijntje. Of twee glazen wijn per dag. Het is alsof de drukte in mijn hoofd even op pauze wordt gezet. Een winkelstraat vol mensen. Geroezemoes. Geschreeuw. Gillende kinderen. Dan opeens een knal. Even stopt iedereen met praten, bewegen. Wat een rust, wat een kalmte. Even helemaal niets. Ik kan weer ademen. Op adem komen en alles wat net nog vreselijk was, valt nu wel mee. Ik ben geen alcoholist, maar ik drink wel iedere dag een wijntje. Of twee. Mijn vrouw vindt het geen probleem. Ik weet niet wat het is. 

Twee glazen wijn per dag. Met anderen erover praten doe ik niet. Schaamte zal het zijn. Mijn ouders hebben ook een zekere afhankelijkheid van alcohol. Ik heb geen vervelende dronk. Wordt niet naar als ik een glas te veel drink. Ik word wie ik ben. Zo voelt het. Dat ik dan eindelijk mezelf kan zijn. Dichterbij mezelf kom. Alsof alle kunstmatige controle even niet meer nodig is. Vrij van strengheid, van de kritische kant in mij. Ik moet niets en ik mag er gewoon zijn. Een aangenamer mens. Ik voel meer. Positiviteit. Humor. Liefde. Alsof een volgestouwde kamer is leeggeruimd en ik er vrij in ronddans.

Op zoek naar herkenning, deel ik mijn verhaal, zolang het zonder naam is. Ik schaam me voor mijn falen. Voor mijn zwakte. Zo zie ik het. Waarom voel ik me niet gewoon goed genoeg? Waarom heb ik dit nodig om mijzelf te zijn? Constant staat de rem erop. Ik rijd mijn leven rond in een blinkende bolide met heel hard de handrem erop. Dat rolt niet lekker. Ik moet drie keer zo stevig op het gaspedaal duwen om vooruit te komen. Zo vermoeiend. Ik wil rollen zonder remmen.

Twee glazen wijn per dag om de storm te stillen

Alleen in het weekend. Af en toe doordeweeks. Niet meer dan 1 glaasje. Anderhalf glas. Twee mag af en toe ook wel. Twee glazen wijn per dag. Is het al avond? Ik kijk er naar uit. Is dat verkeerd? Mijn tante heb ik het verteld. Ze zei dat ik het niet te groot moest maken. Het glas of het probleem? Volgens haar zijn er zoveel mensen die iedere dag van een glaasje sippen, zonder erover te sippen. Ik mocht mezelf dit best gewoon gunnen. Mezelf toestaan ergens van te genieten. Zij doet het immers ook. Morgen een keertje niet, zegt ze dan. Morgen komt het dan niet zo uit en zo wordt morgen volgend jaar.

Het stoort me dat ik het een dagje niet drinken net als haar uitstel, al vind ik haar geen zwak mens. Niet vervelend. Geen verslaafde. Zo oogt ze niet, maar misschien ken ik haar niet goed genoeg. Mijn vrouw zegt er niets van. We maken er een grapje van als ik haar vraag vanuit haar werk langs de supermarkt te rijden om een wijntje mee te nemen. Zolang ik geen hele fles drink, zegt ze. Ik wil dat ook denken, maar toch stelt het me niet gerust. Dacht iedere verslaafde dat niet ooit? Dacht iedere alcoholist niet ooit dat het niet zo’n vaart zou lopen?

Realiteit of streng voor mezelf. Is iedere dag één of twee wijntjes om de storm in mijn hoofd te stillen een probleem? Ben ik één van de weinigen of ben ik met zovelen? Ik voel me hier alleen in staan. Angstig voor een oordeel. Een boze vinger of een roddel achter mijn rug om. Proost op het leven met alcohol tegen de angst.

Twee glazen wijn per dag?


Marieke (pseudoniem) stuurde haar verhaal in naar ikvrouwvanjou@gmail.com. Wil jij jouw verhaal delen en/of zit je met een dilemma? Mail ons. (fotografie: Pexels & Matthew Henry)